Casestudie naar de invloed van osteopathie bij een patiënt met een lumbosacraal radiculair syndroom
Object
Titel
Casestudie naar de invloed van osteopathie bij een patiënt met een lumbosacraal radiculair syndroom
Author(s)
G.B. van de Klomp
Abstract
In deze casestudie wordt een osteopatische behandelreeks besproken bij een patiënt met als hoofdklacht pijn in het rechter been, de rechter heupregio en de rug rechts. De patiënt heeft deze klachten sinds begin 2010. Bij de patiënt is een HNP L5-S1 gediagnosticeerd en de patiënt is geopereerd. De klachten in het been zijn na de operatie weer terug gekomen. De klachten uiten zich in een stekende, brandende, zeurende en schietende pijn, welke passen bij een lumbosacraal radiculair syndroom (LRS).
Naast de hoofdklacht heeft de patiënt problemen met het veelvuldig moeten plassen, de urine niet goed op kunnen houden en vermoeidheid gedurende de dag.
De patiënt in deze casestudie is in totaal vier maal behandeld. Tijdens deze behandelingen heeft de dysfunctie van de rechter niet centraal gestaan. De pijnklachten zijn afgenomen evenals de beperkingen in activiteiten en het pijnmedicatie verbruik. Na vier behandelingen is de patiënt met een LRS klachtenvrij. Door dit resultaat kan er geconcludeerd worden dat de mobiliteit van de nieren een invloed kan hebben op het bestaan van een LRS. Nader onderzoek hiernaar is daarom zeker aan te bevelen.
Regulier blijkt de behandeling van een LRS niet effectief te zijn op langere termijn. Een gedeelte van de patiënten ondervindt na 1 jaar nog klachten zoals rugpijn of functiebeperkingen. Wanneer er een operatie plaats vindt, zijn vermindering van de pijn en behoud of herstel van het dagelijks functioneren de belangrijkste behandeldoelen. De vermindering van klachten op lange termijn na een operatie zijn discutabel.
In deze casestudie zijn enkele relaties uitgewerkt tussen de dirigerende dysfuncties en de structuren die betrokken zouden kunnen zijn bij een LRS. Concluderend kan gesteld worden dat de rechter nier bij deze patiënt een belangrijke invloed kan hebben gehad op de pijnklachten.
Ondanks deze meer specifieke relaties blijft het belangrijk om de patiënt met een LRS in zijn totaliteit te benaderen. Iedere patiënt functioneert of disfunctioneert op zijn manier. Zoals beschreven in de casestudie kunnen verschillende dysfuncties een invloed hebben op een LRS.
In de casestudie zijn de beperkingen in activiteiten en de mate van pijn gebruikt als meetinstrument om de voortgang van de patiënt in kaart te brengen. Deze variabelen verschaffen relevante informatie over het ziekteproces, het functioneren van de patiënt met zijn klacht en de kwaliteit van leven. Ook geeft het gebruik van meetinstrumenten een betere wetenschappelijke onderbouwing van de osteopatische behandeling. Om deze redenen zou het gebruik van middelen zoals vragenlijsten meer geïmplementeerd kunnen worden in het osteopatisch consult.
Naast de hoofdklacht heeft de patiënt problemen met het veelvuldig moeten plassen, de urine niet goed op kunnen houden en vermoeidheid gedurende de dag.
De patiënt in deze casestudie is in totaal vier maal behandeld. Tijdens deze behandelingen heeft de dysfunctie van de rechter niet centraal gestaan. De pijnklachten zijn afgenomen evenals de beperkingen in activiteiten en het pijnmedicatie verbruik. Na vier behandelingen is de patiënt met een LRS klachtenvrij. Door dit resultaat kan er geconcludeerd worden dat de mobiliteit van de nieren een invloed kan hebben op het bestaan van een LRS. Nader onderzoek hiernaar is daarom zeker aan te bevelen.
Regulier blijkt de behandeling van een LRS niet effectief te zijn op langere termijn. Een gedeelte van de patiënten ondervindt na 1 jaar nog klachten zoals rugpijn of functiebeperkingen. Wanneer er een operatie plaats vindt, zijn vermindering van de pijn en behoud of herstel van het dagelijks functioneren de belangrijkste behandeldoelen. De vermindering van klachten op lange termijn na een operatie zijn discutabel.
In deze casestudie zijn enkele relaties uitgewerkt tussen de dirigerende dysfuncties en de structuren die betrokken zouden kunnen zijn bij een LRS. Concluderend kan gesteld worden dat de rechter nier bij deze patiënt een belangrijke invloed kan hebben gehad op de pijnklachten.
Ondanks deze meer specifieke relaties blijft het belangrijk om de patiënt met een LRS in zijn totaliteit te benaderen. Iedere patiënt functioneert of disfunctioneert op zijn manier. Zoals beschreven in de casestudie kunnen verschillende dysfuncties een invloed hebben op een LRS.
In de casestudie zijn de beperkingen in activiteiten en de mate van pijn gebruikt als meetinstrument om de voortgang van de patiënt in kaart te brengen. Deze variabelen verschaffen relevante informatie over het ziekteproces, het functioneren van de patiënt met zijn klacht en de kwaliteit van leven. Ook geeft het gebruik van meetinstrumenten een betere wetenschappelijke onderbouwing van de osteopatische behandeling. Om deze redenen zou het gebruik van middelen zoals vragenlijsten meer geïmplementeerd kunnen worden in het osteopatisch consult.
Date Created
Mei 2015
Type
Casestudie
number of pages
77