Osteopathie en subfertiliteit bij vrouwen
Object
Titel
Osteopathie en subfertiliteit bij vrouwen
Subtitle
Ervaringen van osteopaten- een kwalitatief onderzoek
Author(s)
I. Brand-Geerdink & J.Levitt-Sanders
Abstract
"Achtergrond:
Tien procent van de Nederlandse koppels heeft ooit te maken gehad met subfertiliteit en vijf procent van de koppels blijft ongewild kinderloos.
In de reguliere geneeskunde zijn er steeds meer behandelmethoden voor vrouwen die niet op natuurlijke wijze zwanger kunnen worden.
Ondanks de actualiteit van dit thema en de grote hoeveelheid medische literatuur, is er nauwelijks osteopathische literatuur over dit onderwerp.
Toch lijken er wel resultaten geboekt te worden bij subfertiele vrouwen binnen de osteopathische praktijk. Hieruit ontstond de volgende vraagstelling.
Wat zijn de (klinische) ervaringen van osteopaten die vrouwen met subfertiliteit hebben behandeld?
Methode:
Om een antwoord te vinden op de vraagstelling is een systematische literatuurstudie gedaan en zijn semi-gestructureerde interviews gehouden met zes osteopaten die patiënten met subfertiliteit behandeld hebben. De zes osteopaten zijn geïnterviewd over het patiëntenprofiel, gevonden dysfuncties, behandeling, reactie op de behandeling en de relatie patiëntenprofiel met het resultaat.
De gebruikte zoektermen voor de literatuur studie waren: fertility, pregnancy, osteopathic treatment, infertility osteopathy en osteopathic treatment AND fertility, infertility, causes, female. Tevens zijn IVF, ICSI, IUI, gecombineerd met prognosis, effects, percentage, succes, rate of pregnancies en efficiency.
Resultaten en conclusie:
De meeste vrouwen met subfertiliteit zijn tussen de 30 en 40 jaar oud. Het betreft vaak (hoger) opgeleide drukke, werkende vrouwen. Vaak zijn deze vrouwen bekend met een problematische menstruatie cyclus. Het voortraject varieert van geen tot een volledig doorlopen fertiliteitstraject.
Dysfuncties van de uterus worden zowel in alle interviews als in de gevonden osteopathische literatuur genoemd of beschreven. Dit suggereert dat er een relatie kan bestaan tussen osteopathische dysfuncties van de uterus en fertiliteitsproblemen. Dysfuncties van darmen en lever worden regelmatig genoemd in de literatuur en de interviews. Omdat deze organen onder andere een belangrijke rol spelen bij de vetstofwisseling en hormoonhuishouding, en er fasciale verbindingen van deze organen bestaan met het reproductiesysteem, kunnen dysfuncties hiervan ook een rol spelen bij subfertiliteit. Craniale dysfuncties komen duidelijk naar voren in zowel de literatuur als in de interviews. Dit suggereert een mogelijk verband tussen subfertiliteit en craniale dysfuncties.
Ook pariëtale dysfuncties worden beschreven, maar de eventuele relatie met subfertiliteit komt minder duidelijk naar voren.
In alle gevallen werden de gevonden dysfuncties behandeld. Het slagingspercentage van de behandelingen lag tussen de 10 en 83,3 procent, al dan niet gecombineerd met reguliere fertiliteitsbehandelingen.
Er kan geen relatie gelegd worden tussen het patiëntenprofiel en de resultaten.
Abstract (Engels)
Background:
Ten per cent of Dutch couples have experienced subfertility and five per cent of these couples remain childless.
In conventional medicine there is an increasing number of treatments for women who can’t become pregnant
naturally. Despite the topical nature of this subject and the large amount of medical literature, there is hardly any osteopathic literature on this subject.
But there appears to have been success in treating subfertile women within the osteopathic practice. This gave rise to the following question.
What are the (clinical) experiences of osteopaths who have treated subfertile women?
Method:
To find an answer to this question, a systematic study of literature was carried out and semi-structured interviews held with six osteopaths who have treated patients with subfertility. The six osteopaths are interviewed about patient profile, dysfunctions found, treatment, reactions to the treatment and the relationship between the patient profile and the result. The search terms for the systematic study of literature were: fertility, pregnancy, osteopathic treatment, infertility osteopathy and osteopathic treatment AND fertility, infertility, causes, female. Likewise, IVF, ICSI, IUI, are combined with prognosis, effects, percentage, success, rate of pregnancies and efficiency.
Results and conclusion:
Most subfertile women are between 30 and 40 years old. Frequently they are highly educated and busy working women. These women often suffer from a problematic menstrual cycle. The lead up to this can vary from no to complete fertility treatment.
Dysfunctions of the uterus are mentioned or described in all interviews and osteopathic literature found. This suggests that a link can exist between osteopathic dysfunctions of the uterus and fertility problems. Dysfunctions of the intestines and liver are regularly mentioned in the literature and the interviews. Because these organs play, among others, an important role in the metabolism of fats and hormone management, and that these organs are fascially connected with the reproductive system, dysfunctions of these organs can also play a role in subfertility. Cranial dysfunctions clearly come to the fore in literature as well as in the interviews. This suggests a possible link between subfertility and cranial dysfunctions. Parietal dysfunctions are also described, but the possible relationship with subfertility comes less clearly to the fore.
In all cases the dysfunctions found were treated. The success rate of the treatment was between 10 and 83.3 per cent, both in combination with conventional fertility treatment or not.
No relation can be made between the patient profile and the results."
Tien procent van de Nederlandse koppels heeft ooit te maken gehad met subfertiliteit en vijf procent van de koppels blijft ongewild kinderloos.
In de reguliere geneeskunde zijn er steeds meer behandelmethoden voor vrouwen die niet op natuurlijke wijze zwanger kunnen worden.
Ondanks de actualiteit van dit thema en de grote hoeveelheid medische literatuur, is er nauwelijks osteopathische literatuur over dit onderwerp.
Toch lijken er wel resultaten geboekt te worden bij subfertiele vrouwen binnen de osteopathische praktijk. Hieruit ontstond de volgende vraagstelling.
Wat zijn de (klinische) ervaringen van osteopaten die vrouwen met subfertiliteit hebben behandeld?
Methode:
Om een antwoord te vinden op de vraagstelling is een systematische literatuurstudie gedaan en zijn semi-gestructureerde interviews gehouden met zes osteopaten die patiënten met subfertiliteit behandeld hebben. De zes osteopaten zijn geïnterviewd over het patiëntenprofiel, gevonden dysfuncties, behandeling, reactie op de behandeling en de relatie patiëntenprofiel met het resultaat.
De gebruikte zoektermen voor de literatuur studie waren: fertility, pregnancy, osteopathic treatment, infertility osteopathy en osteopathic treatment AND fertility, infertility, causes, female. Tevens zijn IVF, ICSI, IUI, gecombineerd met prognosis, effects, percentage, succes, rate of pregnancies en efficiency.
Resultaten en conclusie:
De meeste vrouwen met subfertiliteit zijn tussen de 30 en 40 jaar oud. Het betreft vaak (hoger) opgeleide drukke, werkende vrouwen. Vaak zijn deze vrouwen bekend met een problematische menstruatie cyclus. Het voortraject varieert van geen tot een volledig doorlopen fertiliteitstraject.
Dysfuncties van de uterus worden zowel in alle interviews als in de gevonden osteopathische literatuur genoemd of beschreven. Dit suggereert dat er een relatie kan bestaan tussen osteopathische dysfuncties van de uterus en fertiliteitsproblemen. Dysfuncties van darmen en lever worden regelmatig genoemd in de literatuur en de interviews. Omdat deze organen onder andere een belangrijke rol spelen bij de vetstofwisseling en hormoonhuishouding, en er fasciale verbindingen van deze organen bestaan met het reproductiesysteem, kunnen dysfuncties hiervan ook een rol spelen bij subfertiliteit. Craniale dysfuncties komen duidelijk naar voren in zowel de literatuur als in de interviews. Dit suggereert een mogelijk verband tussen subfertiliteit en craniale dysfuncties.
Ook pariëtale dysfuncties worden beschreven, maar de eventuele relatie met subfertiliteit komt minder duidelijk naar voren.
In alle gevallen werden de gevonden dysfuncties behandeld. Het slagingspercentage van de behandelingen lag tussen de 10 en 83,3 procent, al dan niet gecombineerd met reguliere fertiliteitsbehandelingen.
Er kan geen relatie gelegd worden tussen het patiëntenprofiel en de resultaten.
Abstract (Engels)
Background:
Ten per cent of Dutch couples have experienced subfertility and five per cent of these couples remain childless.
In conventional medicine there is an increasing number of treatments for women who can’t become pregnant
naturally. Despite the topical nature of this subject and the large amount of medical literature, there is hardly any osteopathic literature on this subject.
But there appears to have been success in treating subfertile women within the osteopathic practice. This gave rise to the following question.
What are the (clinical) experiences of osteopaths who have treated subfertile women?
Method:
To find an answer to this question, a systematic study of literature was carried out and semi-structured interviews held with six osteopaths who have treated patients with subfertility. The six osteopaths are interviewed about patient profile, dysfunctions found, treatment, reactions to the treatment and the relationship between the patient profile and the result. The search terms for the systematic study of literature were: fertility, pregnancy, osteopathic treatment, infertility osteopathy and osteopathic treatment AND fertility, infertility, causes, female. Likewise, IVF, ICSI, IUI, are combined with prognosis, effects, percentage, success, rate of pregnancies and efficiency.
Results and conclusion:
Most subfertile women are between 30 and 40 years old. Frequently they are highly educated and busy working women. These women often suffer from a problematic menstrual cycle. The lead up to this can vary from no to complete fertility treatment.
Dysfunctions of the uterus are mentioned or described in all interviews and osteopathic literature found. This suggests that a link can exist between osteopathic dysfunctions of the uterus and fertility problems. Dysfunctions of the intestines and liver are regularly mentioned in the literature and the interviews. Because these organs play, among others, an important role in the metabolism of fats and hormone management, and that these organs are fascially connected with the reproductive system, dysfunctions of these organs can also play a role in subfertility. Cranial dysfunctions clearly come to the fore in literature as well as in the interviews. This suggests a possible link between subfertility and cranial dysfunctions. Parietal dysfunctions are also described, but the possible relationship with subfertility comes less clearly to the fore.
In all cases the dysfunctions found were treated. The success rate of the treatment was between 10 and 83.3 per cent, both in combination with conventional fertility treatment or not.
No relation can be made between the patient profile and the results."
Date Created
Februari 2011
Type
Literatuurstudie/ kwalitatief onderzoek
number of pages
36
Keywords
Subfertiliteit, IVF, uterus, ovaria, tubae, hormoonhuishouding, zwangerschap, infertiliteit, PPI, pelvis minor