Effect van een compressie ter hoogte van het os occipitale op de hartritmevariabiliteit
Object
Titel
Effect van een compressie ter hoogte van het os occipitale op de
hartritmevariabiliteit
hartritmevariabiliteit
Subtitle
Een vergelijking tussen een compressie aan de hand van het Cranial Rhythmic Impulse (CV4) en een mechanische compressie volgens Busquet
Author(s)
C. van Tuijl
Abstract
"Achtergrond
Binnen de osteopathische literatuur is veel terug te vinden over het effect van de compressie van het vierde ventrikel (hierna: CV4). Volgens literatuur heeft deze techniek onder andere als resultaat dat het evenwicht van het autonome zenuwstelsel verschuift in de richting van toename van parasympathische activiteit.
Doel
Met voorliggend onderzoek willen we nagaan of er een verschil is in het effect van een CV4 aan de hand van het Cranial Rhythmic Impulse en een vergelijkbare techniek van een mechanische compressie van het occiput volgens Busquet. We onderzoeken dit aan de hand van de hartritmevariabiliteit (HRV). HRV geldt als non-invasieve parameter van de balans van het autonome zenuwstelsel.
Methode
Bij een onderzoekspopulatie van totaal 24 gezonde personen worden op drie verschillende tijdstippen drie verschillende technieken uitgevoerd: de CV4, de Busquet-techniek en een schijntechniek. Het hartritme wordt opgemeten met een Polar RS800CX hartslagmeter. De hartritmemetingen worden tot HRV analyses verwerkt met behulp van de Kubios HRV software versie 2.0. De HRV analyses worden vergeleken per techniek en tussen de technieken onderling.
Resultaten
Ten aanzien van het Hoge Frequentiedomein (HF) van de HRV geldt dat de Hf-waarden ten aanzien van de Busquet techniek en de CV4-techniek significant zijn. De schijntechniek geeft geen significant effect. Voor de Busquet techniek geldt dat de toepassing van de techniek een significante daling in HF waarden geeft tijdens de uitvoering van de techniek en dat de HF waarde na afloop van de toepassing van de techniek een significante stijging vertonen ten opzichte van de waarde van HF tijdens de uitvoering van de techniek. Er is geen significant verschil in de HF waarde tussen voor en na de toepassing van de Busquet techniek. Voor de CV4-techniek geldt dat de toepassing van de CV4 een significante daling in HF waarde laat zien tussen de beginwaarde van HF en de waarde tijdens en na afloop van de toepassing van de techniek.
Conclusie
Uit dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat de HF waarden van HRV significant beïnvloed worden door de CV4 en de Busquet techniek. Dit onderschrijft de literatuur over de reactie van de CV4 ten aanzien van het autonome zenuwstelsel. Verder verschilt de reactie van de mechanische compressie van de reactie ten aanzien van de CV4 en kunnen we stellen dat werken op het CRI een ander resultaat laat zien dan een mechanische techniek."
Binnen de osteopathische literatuur is veel terug te vinden over het effect van de compressie van het vierde ventrikel (hierna: CV4). Volgens literatuur heeft deze techniek onder andere als resultaat dat het evenwicht van het autonome zenuwstelsel verschuift in de richting van toename van parasympathische activiteit.
Doel
Met voorliggend onderzoek willen we nagaan of er een verschil is in het effect van een CV4 aan de hand van het Cranial Rhythmic Impulse en een vergelijkbare techniek van een mechanische compressie van het occiput volgens Busquet. We onderzoeken dit aan de hand van de hartritmevariabiliteit (HRV). HRV geldt als non-invasieve parameter van de balans van het autonome zenuwstelsel.
Methode
Bij een onderzoekspopulatie van totaal 24 gezonde personen worden op drie verschillende tijdstippen drie verschillende technieken uitgevoerd: de CV4, de Busquet-techniek en een schijntechniek. Het hartritme wordt opgemeten met een Polar RS800CX hartslagmeter. De hartritmemetingen worden tot HRV analyses verwerkt met behulp van de Kubios HRV software versie 2.0. De HRV analyses worden vergeleken per techniek en tussen de technieken onderling.
Resultaten
Ten aanzien van het Hoge Frequentiedomein (HF) van de HRV geldt dat de Hf-waarden ten aanzien van de Busquet techniek en de CV4-techniek significant zijn. De schijntechniek geeft geen significant effect. Voor de Busquet techniek geldt dat de toepassing van de techniek een significante daling in HF waarden geeft tijdens de uitvoering van de techniek en dat de HF waarde na afloop van de toepassing van de techniek een significante stijging vertonen ten opzichte van de waarde van HF tijdens de uitvoering van de techniek. Er is geen significant verschil in de HF waarde tussen voor en na de toepassing van de Busquet techniek. Voor de CV4-techniek geldt dat de toepassing van de CV4 een significante daling in HF waarde laat zien tussen de beginwaarde van HF en de waarde tijdens en na afloop van de toepassing van de techniek.
Conclusie
Uit dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat de HF waarden van HRV significant beïnvloed worden door de CV4 en de Busquet techniek. Dit onderschrijft de literatuur over de reactie van de CV4 ten aanzien van het autonome zenuwstelsel. Verder verschilt de reactie van de mechanische compressie van de reactie ten aanzien van de CV4 en kunnen we stellen dat werken op het CRI een ander resultaat laat zien dan een mechanische techniek."
Date Created
November 2011
Type
Fundamenteel onderzoek
number of pages
108
Keywords
Compressie vierde ventrikel (CV4), Hartritmevariabiliteit (HRV), klinisch onderzoek, Busquet, compressie os occipitale, autonome zenuwstelsel, parasympaticus, Cranial Rhytmic Impulse (CRI), hartslagmeter,